Titel Een goede dag voor de ezel
Auteur Tim Krabbé
Jaar van Uitgave 2005
Uitgever Prometheus

Waarom heb ik dit boek gekozen?

Ik heb dit boek gekozen omdat ik wist dat Tim Krabbé een heel bekende en goeie schrijver is. Ik ben dus puur afgegaan op de reputatie van de schrijver.

Eerste persoonlijke reactie

Ik vond het een heel naar boek, groepsverkrachting en dergelijke is natuurlijk een vreselijk thema. Hoewel het een naar boek is vind ik wel dat het heel makkelijk geschreven is, het is niet moeilijk om te lezen en ik zou het dan ook kunnen aanraden aan iedereen om op zijn boekenlijst te zetten. Maar eerdere boeken van Tim Krabbé die ik heb gelezen zijn mij beter bevallen dan dit boek.

Samenvatting

Hoofdstuk 1

Mischa Koreman komt nat geregend uit een bos gerend, koopt nieuwe sportschoenen, een gele ijsmuts en neemt plaats in een bus van Zuiverloon naar IJperloo. Hij moet zijn auto ophalen die daar geparkeerd staat. In het Doemsterveen heeft hij zojuist geoefend om te leren schieten met een pistool( Een kleine flashback vertelt hoe hij aan het pistool komt). Het uitgekozen doelwit was een boom. Toch wil hij daarna eigenlijk zijn uiteindelijke doel niet meer uitoefenen. Hij is van plan zijn ex-geliefde Lydie te vermoorden. Ze was hem waarschijnlijk ontrouw geweest. In de bus naar IJperloo zit echter een vervelende passagier. Deze scholier noemt ten overstaan van de andere buspassagiers een schoolmeisje "Viskutje". Hij heeft ook een hakenkruis op zijn tas afgebeeld en Mischa krijgt een enorme hekel aan de jongen, maar hij durft niets te zeggen. Hij is te laf om op te staan. Als de jongen de bus verlaat, achtervolgt hij hem naar zijn afgelegen boerderij. Vlak daarvoor houdt hij de jongen staande en vraagt hem hoe het meisje heet (Ze heet Esther Fechter). Daarna schiet hij hem zonder pardon dood en sleept zijn lichaam in een sloot. In Amsterdam ontdoet hij zich van het moordwapen en de spullen (schoenen en gele ijsmuts) die hij had aangeschaft. Daarna gaat hij naar bed.

Hoofdstuk 2

De verteller in dit hoofdstuk is advocaat en heet Wybren Fechter: hij heeft een briefje in de brievenbus gekregen waarop: "Iedereen neukt Viskutje". Hij voelt meteen aan dat het op zijn 15-jarige dochter Esther slaat. Blijkbaar heeft die al seks met jongens. Hij is na de dood van zijn vrouw het echte contact met zijn dochter kwijtgeraakt. Ze zijn vanuit Amsterdam verhuisd naar Zuiverloon in het oosten van het land. Hij voelt zich niet lekker bij die gedachte aan wat op het briefje staat. Hij verdenkt de puber Bas Meeuwisse ervan: een scholier die met een hakenkruis op zijn tas rondloopt en een relatie met zijn dochter onderhoudt. Na het tweede briefje dat hij krijgt waarop staat: "Viskutje vindt het lekker", besluit hij het aan zijn dochter te vragen. Maar ze weet volgens zeggen niet waar de naam "Viskutje" op slaat.

Dan komt ze op een dag heel vernederd thuis. Bas heeft haar in de bus "Viskutje" genoemd. Dit is de dag die in hoofdstuk 1 wordt beschreven. Daarna vertelt ze dat ze het laatste jaar met Bas heeft geneukt, omdat ze verliefd op hem was. Hij had zoveel status op school, maar ze hoorde van een vriendin dat hij andere jongens liet toekijken als ze vrijden. Ze wil het uitmaken, maar wordt dan enkele malen het slachtoffer van groepsverkrachting. Wybren is woedend en besluit dat Bas moet worden gedood: hij wil hem echter eerst martelen. Ook begrijpt hij dat het over is met hun verblijf in Zuiverloon: in het dorp zijn ze onmogelijk geworden. Hij wil een sabbatical year nemen en met Esther de wereld rondreizen. Ze is niet meer leerplichtig (foutje van de schrijver: een 15-jarige is wel degelijk leerplichtig en mag dus nooit een jaar lang mee reizen met haar vader). Aan het eind van dit hoofdstuk beseft hij dat hij de jongen niet zelf kan vermoorden, want dan zou Esther na haar moeder ook haar vader kwijt zijn. Maar hij balt de wil in een gedachte samen: de jongen moet gedood worden.

Hoofdstuk 3

Mischa is naar Sydney gevlucht. Hij is niet opgepakt na de moord: er was in de media sprake van een man "met een gele ijsmuts", maar ze hebben de dader op de moord van Bas Meeuwisse niet kunnen achterhalen. Het blijkt dat hij wel een goede daad heeft verricht, want van Bas deugde niet veel. Toch kan hij niet met de gedachte leven dat zijn nieuwe, lieve vriendin Lynda met een moordenaar getrouwd is. Hij wil het haar die dag opbiechten en verwacht dan dat er aan hun relatie een einde zal komen. Om die gedachte af te zweren loopt hij over de boulevard Circular Quaiy en geeft het menselijke standbeeld dat een ezel voorstelt, een briefje van 100 dollar. Hij hoopt dat dit gebaar een positieve uitwerking zal hebben. Daarna neemt hij plaats op een terras en heel toevallig gaat daar ook een andere Nederlander zitten. Ze raken in gesprek, al is Mischa niet erg spraakzaam. Op een bepaald moment komt de dochter van de man ook naar het terras. Mischa herkent haar en zij herkent hem.

Hoofdstuk 4

Wybren is met Esther in Sydney: ze hebben nog één middag voordat ze naar Nieuw Zeeland vertrekken. Na de moord op Bas heeft hij nog even getwijfeld of hij de jongen soms in een vlaag van verstandsverbijstering heeft vermoord (de samengebalde wil), maar zijn alibi had geklopt. De dader was niet gevonden, maar in zijn hart was hij hem heel dankbaar geweest. Zijn dochter Esther lijkt weer op te bloeien tijdens de reis. Ze wil graag de ezel (het menselijke standbeeld) een bedrag van 10 dollar schenken. Als ze het biljet in diens doos doet, ziet ze een biljet van 100 dollar. "De ezel heeft een goede dag", vindt Wybren. Daarna gaat Esther op haar eentje de stad in. Dat kan daar, het is er veiliger dan in Zuiverloon. Wybren bezoekt wat toeristische attracties en neemt daarna plaats aan een tafeltje op een terras. Daar zit toevallig een andere Nederlander. Hij biedt de man een kopje koffie aan, maar verder is die niet erg toeschietelijk. Esther komt iets te laat op de afgesproken plaats: Wybren maakt zich wel even zorgen, maar uiteindelijk komt ze toch. Er straalt een glimlach van geluk om zijn mond. Ze blijkt een cadeautje voor hem gekocht te hebben. Als hij gaat afrekenen, ziet hij dat Esther nog even praat met de Nederlander. Als ze weglopen, ziet hij een gelukkige glimlach om haar mond. Ze belooft dat ze hem iets in het vliegtuig naar Nieuw Zeeland zal vertellen, als Wybren zal beloven dat hij haar zal geloven. Dat doet hij.

Hoofdstuk 5

De verteller in het laatste, (heel korte) hoofdstuk is weer Mischa. Hij vertelt iets over de korte dialoog die hij heeft gevoerd met Esther. Ze herkenden elkaar vanuit de bus. Ze heeft hem gevraagd waarom hij Bas had vermoord en daarop kreeg ze het antwoord dat hij vond dat Bas zich had misdragen tegenover haar. Op de vraag of hij nog iets gezegd had, had Mischa "nee" gezegd. Daarna had Esther hem bedankt voor de moord. Voor Mischa is dit het antwoord op de vraag of hij alles aan Lynda moet opbiechten. Hij heeft nu immers een goede daad verricht. Hij zal de moord niet aan Lynda Witthock vertellen. Als ze aan komt lopen, hoopt hij dat er net zo’n glimlach van geluk op zijn gezicht te lezen valt, als Wybren vertoonde toen Esther kwam aanlopen.

Bespreking van een aantal verhaalaspecten

Het belangrijkste verhaalaspect in een Goede dag voor de Ezel is het motief om iemand te vermoorden.

Personages

  1. De hoofdpersoon is Mischa Koreman.
  2. De hoofdpersoon maakt een identiteitsverandering van zichzelf mee.
  3. De hoofdpersoon verandert in de zin dat hij nu voor zich zelf op durft te komen en voor andere mensen durft op te komen.
  4. Mischa Koreman is iemand die in het begin niet voor zich zelf of ieder ander durft op te komen maar na de moord kan hij dat wel.
  5. Mischa Koreman is naar mijn mening een round character omdat je hem erg goed leert kennen en zijn diepste gevoelens en gedachtes leert kennen. Je kan spreken van een karaktertekening.
  6. De belangrijkste personen uit een goede dag voor de ezel.
    Mischa Koreman – hoofdpersoon, pleegt een moord om iemand te helpen.
    Esther Fechter – wordt het slachtoffer van groepsverkrachting, geholpen door Mischa.
    Wybren Fechter – vader van Esther.
    Bart Meeuwisse - dader en ex-vriend van Esther.
  7. Ik zal de relaties met de belangrijkst personen duidelijk proberen te maken:
    Persoon Relatie
    Esther Fechter Kent Mischa eigenlijk niet, maar nadat zij ernstig wordt beledigt door Bart Meeuwisse komt Mischa voor haar op en vermoordt hij Bart.
    Bart Meeuwisse Wordt gehaat en vermoord door Mischa omdat hij Esther beledigde.
    Wybren Fechter Niet echt een bepaalde relatie met Mischa.

Opbouw

  1. Het boek bestaat uit 5 hoofdstukken, en twee verhaallijnen. Om de twee hoofdstukken komt er een verteller, eerst Mischa en daarna Wybren.
  2. Het effect is dat het heel duidelijk is om te volgen.
  3. Het boek heeft een gesloten einde, alles is afgerond wat betreft de groepsverkrachting.

Tijd

  1. Het verhaal wordt bijna helemaal chronologisch verteld.
  2. Zie vraag 1
  3. Er is sprake van een chronologische tijdlijn aangezien de gebeurtenissen elkaar opvolgen. Zo nu en dan wordt er van tijdsversnelling en tijdvertraging gebruik gemaakt

Onderwerp, thema en motieven

Het onderwerp is de motieven van een moord, een bekend onderwerp in boeken van Krabbé.
Enkele motieven zijn:

  1. schuldgevoel
  2. haat en liefde
  3. moord

Vertelsituatie

Het is een meervoudig perspectief met twee vertellers, in hoofdstuk 1 , 3 en 5 is Mischa Koreman aan het woord en in hoofdstuk 2 en 4 is Wybren Fechter aan het woord en in hoofdstuk 5 wordt er antwoord gegeven op de gebeurtenissen.

Eigen Mening

Onderwerp en thema

Het onderwerp is niet een onderwerp wat ik goedkeur. Groepsverkrachtingen en moord zijn natuurlijk geen leuke onderwerpen. Mijn oude mening hierin is niet veranderd na het lezen van dit boek.

Gebeurtenissen

De gebeurtenissen in dit verhaal zijn logisch te verklaren, ze komen geloofwaardig over.

Personages

De personages zijn onnavolgbaar, ze doen dingen die je zelf nooit zou doen, bijv. iemand vermoorden.

Taalgebruik

De schrijver maakt op de goede momenten gebruik van juiste metaforen. Het is makkelijk geschreven en leest goed door.

Informatie over de Auteur

Krabbé is geboren 13 april 1943 in Amsterdam, waar hij nog steeds woont. Eindexamen 1960 HBS-B aan het Spinoza Lyceum. Hij leeft sinds 1967 van de pen.

Hij is getrouwd geweest met de actrice Liz Snoijink, en heeft een zoon Esra. Zijn vader en grootvader waren bekende schilders; zijn moeder was filmvertaalster en schrijfster. Hij heeft korte tijd geacteerd, en een tijdje psychologie gestudeerd aan de GU in Amsterdam, maar vanberoep is hij altijd schrijver geweest. Zijn debuten als schrijver en als journalist vielen samen in 1967.

Zijn romans zijn in 16 talen vertaald, en vier ervan zijn verfilmd. 'Spoorloos', naar Het gouden ei, waar hij zelf het scenario voor schreef, won het Gouden Kalf 1988 voor de beste Nederlandse film. Hij wordt nog steeds gedraaid in Amerika, en in 1993 werd er daar een remake van gemaakt onder de titel 'The Vanishing'. Niet zo goed als het origineel.

Naast zijn romans, verhalen en journalistieke werk heeft hij vele artikelen en een paar boeken over schaken geschreven. Van 1967-1972 hoorde hij bij de beste twintig schakers van Nederland.

Terug naar boven

© 2009 Mitchell Post